Een aantal onderdelen van het programma zullen een jaar langer lopen “om de ambities van dit programma te kunnen realiseren”, schrijft demissionair minister De Jonge van VWS in een begeleidende kamerbrief. Hij onderschrijft hierin ook het belang van uitkomstgerichte zorg: “Zoals mijn ambtsvoorgangers uw Kamer eerder hebben geschetst is vergroting van het inzicht in uitkomsten van zorg van groot belang voor patiënten en voor zorgverleners. Zorgverleners kunnen er de kwaliteit van hun handelen verder mee verbeteren. Ook helpt inzicht in uitkomsten patiënten en hun zorgverleners om samen te komen tot de beste behandelkeuze. En kan uitkomstinformatie patiënten ondersteunen bij het kiezen van een zorgverlener. Terwijl zorgverzekeraars en zorgaanbieders het kunnen gebruiken om goede afspraken te maken over de patiëntenzorg.”
In de voortgangsrapportage (.pdf) wordt de voortgang beschreven per onderdeel van het programma.
1 Vaststellen informatie/indicatorensets over uitkomsten van zorg
In september 2020 (vanwege covid-19 later dan gepland) is een pilot gestart om uitkomstensets voor knieartrose, chronische nierschade, inflammatoire darmziekten (IBD) en pancreascarcinoom vast te stellen. Uit de evaluatie van de pilot bleek dat het ontwikkelen van uitkomstensets meer tijd kost dan gedacht. In combinatie met de opgelopen vertraging door covid is geconcludeerd dat meer tijd nodig is om de ambitie te realiseren om voor 50 procent van de ziektelast indicatoren vast te stellen. Daarom is gezamenlijk besloten om dit onderdeel tot eind 2023, dus een jaar langer dan gepland, door te laten lopen.
Naast de ontwikkeling van de aandoeningsspecifieke sets is het afgelopen jaar een set generieke PROMs ontwikkeld, waarmee voor de meeste aandoeningen op een vergelijkbare manier gemeten wordt hoe patiënten hun gezondheid en kwaliteit van leven ervaren.
Verder zijn in april 2021 acht nieuwe werkgroepen gestart met het vaststellen van uitkomstensets. Het gaat om sets voor AAA (aneurysma aorta abdominalis), cataract, prostaatcarcinoom, niercarcinoom, mammacarcinoom, heupartrose, heupfractuur en schisis. In september 2021 gingen nogmaals acht nieuwe werkgroepen van start, voor stressincontinentie, diabetes, Zwangerschap, bevalling en kraambed, CVA, longcarcinoom, melanoom, colorectaal carcinoom en hartritmestoornissen. In januari 2022 start de pilot voor de ontwikkeling van uitkomstensets voor vier aandoeningen waarvoor nog geen kwaliteitsregistratie – en dus geen landelijke meetinfrastructuur – beschikbaar is (i.c. COPD, Overige perifere artrose, Overactieve blaas en Veneuze ziekten).
2 Stimuleren van Samen Beslissen
Binnen dit onderdeel zijn de afgelopen jaren zes projecten opgezet. Ten eerste is een publiekscampagne opgetuigd. Ten tweede zijn Patiëntenfederatie Nederland en de FMS gaan verkennen welke oplossingen er zijn voor ervaren ontwikkeling, onderhoud, ontsluiting, beheer en financiering van keuzehulpen. Ten derde hebben de FMS, V&VN en NFU de handen ineengeslagen om Samen Beslissen in de opleidingen van zorgverleners te verankeren. De ambitie is om eind 2022 Samen Beslissen standaard in de opleidingen van aankomende en werkzame artsen en verpleegkundigen opgenomen te hebben. Ten vierde werkt de Patiëntenfederatie samen met Pharos om te zorgen dat gezondheidsvaardigheden in alle werkgroepen binnen het programma aandacht krijgt. Ten vijfde is gestart met een project om goede voorbeelden te verzamelen rond het organiseren en belonen van Samen Beslissen voor zorgverleners en zorgaanbieders. Dit project is onder coördinatie van Zorgverzekeraars Nederland. Ten slotte zijn de Patiëntenfederatie en de NVZ aan de slag gegaan met activiteiten om zowel patiënten onderling als zorgaanbieders onderling van elkaar te laten leren van eerdere ervaringen met Samen Beslissen.
3 Anders organiseren en belonen van zorg
ZN neemt het voortouw om het organiseren en belonen op basis van uitkomstinformatie te stimuleren en te ondersteunen. Het doel is om partijen in het veld bij elkaar te brengen en kennis te laten delen en om na te gaan wat werkt en waar nog belangrijke hobbels zitten.
De tweede tak van deze programmalijn is gericht op het mogelijk maken van experimenteren met en onderzoeken van nieuwe organisatie- en contractvormen. ZonMw heeft daarvoor een call uitgezet om experimenten financieel te ondersteunen. Inmiddels zijn zes initiatieven gehonoreerd.
4 Van data naar toegankelijke uitkomstinformatie
De activiteiten binnen deze programmalijn zijn in 2021 met name gericht op de voorbereiding en uitvoering van een aantal Proofs of Concept (PoC). De resultaten van het eerste PoC worden gebruikt voor zowel het verfijnen van de uitkomstensets als voor het plan van aanpak van een tweede PoC, dat in 2022 zal starten.
5 Verandering van organisatie, werkwijzen en gedrag ondersteunen en stimuleren
Het doel van deze programmalijn, die wordt gecoördineerd door de NVZ, is om zorgverleners, zorgaanbieders, patiënten en verzekeraars te ondersteunen bij het in de praktijk brengen van de gewenste verandering naar uitkomstgerichte zorg. Dit vraagt om verandering van organisatie, werkwijzen en gedrag.
Verschillende activiteiten binnen deze programmalijn: een landelijke conferentie, die begin juni 2021 plaatsvond, de lancering van het kennisplatform www.platformuitkomstgerichtezorg.nl, het organiseren van thematische bijeenkomsten, het optuigen van een een coach- en ambassadeursclub, bevorderen van implementatie en het opstellen van een continue communicatiestrategie voor communicatie over concrete vorderingen van het programma Uitkomstgerichte Zorg.
6 Kennisvergaring
Om werkgroepen te ondersteunen, is in samenwerking met ZonMw een programma opgezet waarmee het mogelijk is om onderzoek te beleggen. Vragen kunnen in korte tijd worden onderzocht door deskundigen, die een advies voor de werkgroepen kunnen opstellen. De kennisvragen worden gecoördineerd door de NFU.
In september 2021 plaatste ZonMw een subsidieoproep voor het verduurzamen van de resultaten van het programma Uitkomstgerichte Zorg. De subsidie moet stimuleren dat de principes van uitkomstgerichte zorg in de landelijke kwaliteitscyclus worden verankerd.