DICA bestaat nu tien jaar. Op dit moment zijn er klinische registraties voor 23 aandoeningen, 150 zorginstellingen leveren hun data aan en ontvangen zo terugkoppelingen met benchmarks. Hierbij zijn achttien beroepsverenigingen betrokken.
Verlagen van kosten
Het doel van DICA is kwaliteit van zorg te meten en waar nodig te verbeteren. Dit gebeurt door gebenchmarkte feedback naar clinici. Daarnaast door het stimuleren van kortetermijn-verbeteringsinitiatieven, het verhogen van transparantie en het verlagen van kosten voor de gezondheidszorg.
Bij de start richtte DICA zich op oncologische registraties, inmiddels is het aanbod uitgebreid met het benigne domein, zowel chirurgisch als beschouwend, en zowel monodisciplinair als multidisciplinair.
Weerstand
Om te kunnen meten en verbeteren, zijn nu eenmaal data nodig. De registratiedwang roept steeds meer weerstand op in de zorg. Ook DICA loopt hier tegenaan, volgens Eddes. “Laten we vooral kritisch kijken naar wat er verzameld moet worden. Ons doel is om zoveel mogelijk aan de bron te registreren. De helft van de gegevens wordt al automatisch verzameld, bijvoorbeeld door een koppeling in het EPD. We streven ernaar om nog veel meer gegevens geautomatiseerd binnen te halen.”
Groot bereik
Ook centraal verzamelen van data kan het aantal registraties verminderen. Eddes “Laten we niet op allerlei platformen een beperkt aantal data verzamelen. Wij hebben als DICA inmiddels een onwaarschijnlijk groot bereik opgebouwd. Neem de ervaring en de circa 1 miljoen patiënten die wij in de dataverzameling hebben. We willen graag dat zoveel mogelijk professionals en patiënten die gebruiken om de kwaliteit van zorg ook echt te verbeteren.”
Ondergrens
De roep klinkt om de landelijke datasets veel kleiner te maken, maar hier zit volgens Eddes een ondergrens aan. “Het is niet mogelijk om de kwaliteit van zorg te verbeteren als we ons moeten beperken tot vijf of tien indicatoren. We willen toe naar therapie op maat en shared decision making. Dat kunnen we niet zonder data. Ik sta er helemaal achter dat de registratielast omlaag moet, maar om goede en betaalbare zorg voor iedereen te kunnen blijven garanderen, zijn nu eenmaal registraties nodig .”
Korte vragenlijsten
Voor alle aandoeningen worden naast klinische registraties inmiddels ook PROMs en PREMs gemeten. DICA doet dit al voor tien registraties. Dat loopt overigens nog niet altijd soepel, aldus Eddes. “Het kost veel moeite voor patiënten en professionals om de lijsten in te vullen. Bij bepaalde aandoeningen bereiken we al bijna 100 procent, maar dat lukt nog lang niet overal. Laten we vooral streven naar korte vragenlijsten en laten we ze zo toegankelijk mogelijk houden. Wij kunnen er als professionals wel vanuit gaan dat patiënten de lijsten het liefst online invullen maar vooral oudere patiënten hebben wellicht nog steeds een voorkeur voor papieren vragenlijsten. En juist deze groep oudere patiënten groeit.”
Uitbreiden
Op dit moment richt DICA zich nog helemaal op de ziekenhuiszorg. Eddes zou dit graag uitbreiden. “Als we de patiënt echt willen gaan volgen en met patiënt journeys willen gaan werken, zullen we breder moeten kijken dan alleen de ziekenhuizen. Daar lopen we tegen de grens van de privacywetgeving op. Het is erg lastig om gegevens van verschillende disciplines te koppelen. Als we daar echt stappen in willen maken, is dat nog een flinke hobbel om te nemen.”
Lees ook:
DICA moet van artsen blijven