Barten onderzocht voor haar proefschrift twee vormen van gepersonaliseerde zorg voor mensen met artrose: ‘timing van zorg’ en ‘focus van zorg’. Deze blijken beiden al regelmatig toegepast te worden in de dagelijkse praktijk, maar er is nog verbetering mogelijk, bijvoorbeeld door meer combinaties van behandeling aan te bieden en door interventies nog beter toe te spitsen op specifieke patiëntengroepen.
Timing van zorg
Timing van zorg betekent dat eerst alle minder ingrijpende behandelingen geprobeerd worden, voordat een operatie wordt ingezet. Uit het onderzoek blijkt dat dit al regelmatig gebeurt. Huisartsen kiezen bijvoorbeeld vaker voor leefstijladviezen en het voorschrijven van onstekingsremmers, dan voor een verwijzing voor fysiotherapie of een gewrichtsvervangende operatie. Huisartsen en fysiotherapeuten bieden echter zelden alle niet-operatieve behandelopties aan voordat een patiënt wordt doorverwezen.
Focus van zorg
Van de populatie patiënten met heup-/knieartrose is bekend dat er onderling grote verschillen zijn in bijvoorbeeld de oorzaak en het beloop van de aandoening. De huidige richtlijnen voor niet-operatieve artrosezorg bieden zorgprofessionals vrijwel geen handvatten om hiermee om te gaan. Toch focussen fysiotherapeuten en oefentherapeuten hun behandeling al op verschillende subgroepen binnen de grote groep patiënten met knieartrose.