Het IJslandse preventiemodel werd, de naam zegt het al, in IJsland ontwikkeld. Het land met zo’n 370.000 inwoners schrok in 1998 zo van het alcohol- en drugsgebruik onder jongeren dat het een rigoureuze aanpak wilden.
Datagedreven insteek
De aanpak onderscheidt zich vooral door de datagedreven insteek. Op basis van wetenschappelijke bronnen zijn risicofactoren voor middelengebruik en beschermende factoren tegen middelgebruik geïdentificeerd. Het is bijvoorbeeld een risico als jongeren tot laat op straat hangen. Het werkt beschermend als jongeren tijd doorbrengen met hun ouders en ouders regels stellen.
Risico- en beschermingsfactoren
De methode behelst deze risico- en beschermingsfactoren onder de lokale jeugd te onderzoeken en te waarderen door middel van vragenlijsten, beleid maken en uitvoeren met lokale partijen om de risico’s te verkleinen en beschermende factoren te vergroten, dit alles cyclisch te evalueren en het beleid weer aan te scherpen.
Toepassing in Nederland
In 2018 startten zes gemeenten met deze aanpak in een pilot, begeleid door het Trimbos-instituut en het Nederlands Jeugdinstituut. De instituten onderzochten parallel aan de pilot op welke manier het IJslandse preventiemodel toegepast kan worden in Nederland. Hieruit is nu het Opgroeien in een Kansrijke Omgeving voortgekomen – de Nederlandse variant van het IJslands preventiemodel.
Tevreden over de aanpak
De zes gemeenten die met de pilot startten zijn erg tevreden over de aanpak en zetten deze de komende jaren voort. Ook starten nog eens tien nieuwe gemeenten met de aanpak.
“Het mooie van deze aanpak is dat je de verantwoordelijkheid voor alcohol- en drugsgebruik niet bij onvolwassen jongeren legt, maar bij de omgeving van die jongeren”, vertelt Lian Smeets, adviseur bij het Trimbos-instituut. ‘Bij middelenpreventie denken we vaak: laten we de jongeren voorlichting geven over de schadelijke effecten van alcohol. Maar dan leg je de verantwoordelijkheid bij de jongeren zelf neer. De IJslandse methode investeert juist in het gezonder maken van de omgeving van de jongeren. Je vertelt een 2-jarige ook niet dat hij niet van de trap moet vallen, je installeert een traphekje.’