Janse, onderzoeker bij het Instituut Beleid & Management Gezondheidszorg in Rotterdam, zag dat in de literatuur en bij beleidsmakers een integraal ‘zorgidealisme’ heerst. Integrale zorg móet wel gunstig zijn voor mantelzorgers en zorgverleners. Door dat idealisme is er minder goed begrip voor de werkelijke effecten.
Janse onderzocht in zijn proefschrift Great Expectations of integrated care of het ideaal werkelijkheid was in het Walcheren Integrale Zorgmodel (WIZM). Hij zag daarbij wel dat mantelzorgers hun zorgtaken minder belastend vonden, maar de aard van en de hoeveelheid mantelzorg veranderde niet. Het model had ook geen effect op de ervaren gezondheid, kwaliteit van leven en tevredenheid met zorg van de mantelzorgers. De manier van werken veranderde evenmin de interactie tussen zorgverleners en mantelzorgers, ze gingen bijvoorbeeld niet meer of minder samenwerken.
Bij de zorgverleners, zag Janse dat de werklast sterk toenam. Ze waren veel meer tijd kwijt aan niet-patiënt gerelateerde activiteiten als afstemming en administratie. Multidisciplinair overleg kwam er extra bij en leren werken met andere ICT-systemen kost aanvankelijk veel werk.
Realisme
Janse beseft dat samenwerking tussen zorg- en welzijnsorganisaties nodig is voor passende ondersteuning van de ouderen, maar hij pleit wel voor meer realisme. “Wees realistisch in wat je doelen zijn en vraag dan af of integrale zorg de beste manier is om dat te bereiken”, zegt hij. Op korte termijn zijn geen besparingen of verlaging van de werkdruk te verwachten. Andersom is het bij het ontwikkelen van integrale zorgmodellen belangrijk om af te vragen of een rigoureuze reorganisatie van de zorgverlening wel nodig is, of dat een kleinere aanpassing volstaat. Hij adviseert om eerst samenwerking proberen te realiseren met bestaande structuren en middelen.
Het Walcheren Integrale Zorgmodel is een samenhangend zorgaanbod voor thuiswonende kwetsbare ouderen waarin aanbieders van preventie, cure, care, wonen en welzijn met elkaar samenwerken en afstemmen. Daarbij wordt het zorgcontinuüm gecoördineerd vanuit de huisartsenpraktijk en worden mantelzorgers expliciet bij de zorg betrokken en ondersteund.
Bron: Vilans