Het Dijklander Ziekenhuis ging in maart 2020 van start met preoperatieve screeningssoftware. Door de coronacrisis verliep de implementatie in een sneltreinvaart en daardoor niet zonder slag of stoot. Zo was er aanvankelijk veel verwarring in de werkwijze en het gebruik voor patiënten en zorgprofessionals. Daarom richtte het ziekenhuis met het ict-team een taskforce op, die alle problemen in kaart bracht en binnen een paar dagen oploste.
Digitaal triagesysteem
Inmiddels is het systeem geland en zijn zowel zorgprofessionals als patiënten tevreden. Dankzij E-POS kunnen patiënten zich thuis voorbereiden op een operatie door de digitale vragenlijst in te vullen. Dat voorkomt onnodige ziekenhuisbezoeken, aldus anesthesioloog John van Roij in de podcast van de NVZ.
Voor de dataveiligheid doorlopen patiënten een tweestapverificatie die gelinkt is aan hun mailadres en telefoonnummer. Na de verificatie kunnen ze de digitale vragenlijst invullen. Aan de hand van de antwoorden wordt automatisch een adviesdocument gegenereerd op basis van internationale richtlijnen. Daarnaast bevat de software een triagesysteem. Dat adviseert of de patiënt geschikt is voor digitale goedkeuring, nagebeld moet worden door de arts of naar het ziekenhuis moet komen. Verder ontvangt de patiënt verschillende instructievideo’s met uitleg over de operatie, anesthesiemogelijkheden, mogelijke complicaties en lifestyleadviezen.
Zinnige zorg
Door de komst van E-POS is de patiëntenstroom op de poli aanzienlijk verminderd. “Het is het schoolvoorbeeld van zinnige zorg”, vertelt Van Roij. Patiënten hoeven niet meer onnodig naar het ziekenhuis te komen en het geeft hen de vrijheid om de vragenlijst in hun eigen tijd in te vullen. Ook heeft de patiënt meer regie en kan hij beter beslissen over de anesthesietechnieken.
Meer inzicht
“De specialist krijgt door E-POS meer inzicht in de gezondheidstoestand van de patiënt. Door de digitale triage kun je als specialist aandacht besteden aan de patiënten die het echt nodig hebben.”
Samen beslissen
Toch is de digitale preoperatieve screening niet voor iedereen geschikt. Zo geldt er een minimumleeftijd van 16 jaar, dient de patiënt wilsbekwaam te zijn en in staat te zijn om zelfstandig te beslissen over medische verrichtingen en het aangaan van een geneeskundige behandelingsovereenkomst. Wie echt niet uit de voeten kan met het online systeem, kan via de oude route terecht bij het ziekenhuis. “Bovendien kunnen patiënten te allen tijde een arts spreken”, vertelt Van Roij.
Ongeveer 10 tot 15 procent maakt er aanspraak op om te overleggen met de arts. Dat overleg verloopt meestal telefonisch. “E-POS blijft een tool. De zorgprofessional en patiënt blijven samen beslissen over de operatie”, reageert poliverpleegkundige Miranda Helmers.