Nog nooit werden zorg en ondersteuning op zo’n grote schaal als tijdens de coronacrisis stopgezet. De schade daarvan is groot, aldus de RVS. Evenals de inhaalslag waar de gehandicaptenzorg, jeugdhulp, geestelijke gezondheidszorg, wijkverpleging, thuiszorg én alle niet-acute medische zorg voor staan. Toch komen er ook goede ontwikkelingen op gang, zoals mooie samenwerkingen en zorginnovaties, stelt de Raad in het rapport.
Daarmee biedt de crisis ook mogelijkheden om in de komende tijd systeemfouten op te lossen die wellicht voor de crisis al bestonden, zoals belemmerende regels en procedures. Daarnaast kan er meer inzicht komen in mogelijke overmedicalisering en overbehandeling, wat volgens de RVS ook na de coronacrisis relevant blijft.
Zinnige zorg
De Raad adviseert om met spoed onderzoek te doen naar de effecten van de opgeschorte zorg. Daarbij zou niet alleen een focus moeten liggen op onderbehandeling en de gevolgen daarvan. Ook het positief uitpakken van het niet leveren van zorg of ondersteuning mag in beeld gebracht worden, aldus de RVS. Daarvoor ligt het initiatief bij de partijen in het veld, maar Zorginstituut Nederland kan daarin ook een belangrijke rol spelen.
Het doorbreken van over-medicalisering en overbehandeling in de praktijk, kan volgens de RVS leiden tot een goede balans in kwaliteit, betaalbaarheid en toegankelijkheid van zorg. Ook kan het ondersteuning bevorderen en interessante inzichten bieden als het gaat over preventie.
Volgens de Raad zou het daarnaast waardevol zijn om scherp te krijgen hoe het proces van domeinoverstijgende samenwerking tussen professionals en organisaties verloopt. Dat is tijdens de coronacrisis in een stroomversnelling geraakt. Ze adviseert om te inventariseren hoe en onder welke voorwaarden samenwerkingen nu tot stand komen. En waar die de kwaliteit, toegankelijkheid en betaalbaarheid van zorg en ondersteuning wel of niet ten goede komt. Daarbij zou de Nederlandse Zorgautoriteit (NZa) mogelijk een rol kunnen spelen.
Ruimte voor maatwerk
Professionals zijn volgens het rapport aan zet om in overleg met hun cliënten en patiënten steeds opnieuw een afweging te maken over welke vorm van zorg of ondersteuning passend is. Dat vraagt om een brede waardenafweging en maatwerk. Waarbij ruimte is om afwegingen te maken op basis van de persoonlijke waarden die iemand verbindt aan de kwaliteit van leven. Die kunnen gaan over gezondheid, maar ook over sociale en economische voorwaarden.
De RVS adviseert zorgprofessionals daarom om verwijzingen, beschikkingen en indicatiestellingen op maat structureel mogelijk te maken. Daarmee is in elke casus een afweging te maken over waar en hoe veilige en verantwoorde zorg of ondersteuning te bieden is. Dat kan gevolgen gaan hebben voor ons begrip van kwaliteit en veiligheid van zorg. Daar zullen regels en procedures zich op moeten aansluiten.
Flexibele regels en procedures
Volgens de RVS moeten we voorkomen dat goede ontwikkelingen na de acute fase van de crisis weer verloren gaan, zoals zorg op afstand. De ervaringen nu leren dat er digitaal van alles mogelijk is. Zo scheelt het reistijd. Bovendien doet een beeldbel-gesprek kwalitatief lang niet altijd onder voor een gesprek in een spreekkamer of thuis. Vraagstukken met betrekking tot toegankelijkheid, privacy, digitale vaardigheden en financiering komen nu volgens de RVS des te scherper in beeld. Daardoor kunnen ze gerichter worden opgepakt. De crisis maakt het volgens de RVS dan ook mogelijk om wet- en regelgeving aan te passen op de praktijk, in plaats van andersom.
De vernieuwing vraagt volgens de Raad dan ook om flexibiliteit van overheid, zorgverzekeraars en beroepsgroepen als het gaat over snel aanpassen, loslaten of verbeteren van regels en procedures. Zorg op afstand moet daarnaast niet worden omarmd als het ‘nieuwe normaal’, maar als waardevolle en onmisbare uitbreiding van de reguliere zorg.