Een paar voorbeelden. Ik hoorde van een collega dat haar schoonmoeder van 94 jaar bijna andere medicatie had gekregen omdat ze aan de huidige pijnmedicatie ‘verslaafd’ kon raken. Het protocol (op basis van wetenschappelijk onderzoek) schreef voor dat het medicijn gedurende een bepaalde periode mocht worden voorgeschreven en dat het daarna moest worden afgebouwd. Bij deze schoonmoeder werkte het medicijn uitstekend. Geen pijn of bijverschijnselen. Het alternatief voor de betreffende pijnmedicatie was om te kijken of de pijn op een andere manier bestreden kon worden (trial and error?). De reactie van mijn collega was: “Hoe erg is het dat mijn schoonmoeder misschien verslaafd raakt? Ze is 94 jaar. Het probleem dat ze door stoppen weer pijn krijgt, lijkt ons groter.”
In mijn directe omgeving een zelfde soort situatie. Mijn moeder, 90 jaar, heeft al drie jaar haar schouder uit de kom met veel pijn tot gevolg. Ze heeft een aantal keer een injectie met pijnstiller in deze schouder gehad. Mijn moeder is kranig en houdt het redelijk vol met om de vier uur twee paracetamol. Helaas is de pijn de laatste maanden weer toegenomen. Hoewel ze het gedoe van een ziekenhuis haat, wilde ze nu toch graag weer zo’n injectie. Ze bleek een nieuwe verwijzing nodig te hebben. Blijkbaar was er in de interne organisatie iets gewijzigd, want ze kon niet bij de orthopeden terecht, zoals voorheen, maar moest naar de pijnpoli. Eerst alleen voor een intake. Wachttijd: twee maanden. Daarna zou men bekijken wat de juiste behandeling was. Na enig soebatten en wat telefoontjes over en weer kon ze uiteindelijk toch terecht bij haar orthopeed voor de spuit. Wachttijd zes weken, maar vooruit, beter iets dan niets. En morgen is het zover.
Vandaag werd ik gebeld met de mededeling dat er iets gewijzigd was. Morgen zou mijn moeder eerst een online belafspraak hebben met een arts. Daarna kon er een afspraak gemaakt worden bij de pijnpoli voor een intakegesprek. En daarna zou de behandeling worden afgesproken. Mijn reactie: dat gaan we niet doen. Morgen komen we zoals afgesproken voor passende zorg; een injectie tegen de pijn.
Lineke Verkooijen was werkzaam als verpleegkundige, docent en lector. Ze is gepromoveerd op Ondersteuning Eigen Regievoering (OERmodel) en gespecialiseerd in het anders organiseren van de langdurige zorg.
De term “Passende Zorg” is vage terminologie, alleen al omdat niemand een niet-passende zorg wenst.
Stel voor om het gerichter te gaan benoemen, namelijk “Gepersonaliseerde Zorg”
Dit past ook bij de voorbeelden uit dit artikel, waarbij niet de groepskennis uit Evidence Based Medicine alles bepalend is, maar ook de kenmerken van dit specifieke individu en de ervaring van dit individu met eerdere behandeling meetellen. Vereist is dan wel dat het patiëntendossier hier ook helder over rapporteert. Juist hier gaat het thans vaak mis doordat er wel allerlei losse aantekeningen in een dossier kunnen staan maar een cumulatieve samenvatting, oftewel themagericht Wiki verslag ontbreekt.
Met zo’n Wiki verslag zou de triagist van de pijnpoli gelijk voldoende geïnformeerd zijn om de behandeling in te boeken
Maar in de zorg werken we tot heden met de werkwijze van steeds nieuwe documenten en aantekeningen toevoegen, maar niet met Wiki’s
( even een metafoor: we doen alsof we met de laatste 1000 krantenknipsels met de naam Mark Rutte weten wie Mark Rutte is, maar de wikipedia pagina over Mark Rutte levert ons meer kennis. Die verzameling van 1000 krantenknipsels kan ons wel kennis opleveren, maar dan kennis over de beeldvorming, wat media en bevolking interessant vinden.)