In een systematische review identificeerden en analyseerden de onderzoekers het bewijs van spiritualiteit – religie, betekenisvol leven of verbinding met familie, een gemeenschap of de natuur – op de kwaliteit bij ziekte en gezondheid. Een multidisciplinaire expertgroep met diverse levensovertuigingen beoordeelde vervolgens de sterkste collectieve bewijzen. Zij stelden vast dat deelname door gezonde mensen aan een spirituele gemeenschap geassocieerd wordt met gezondere levens, een langere levensduur, minder depressie, zelfmoord en middelengebruik. Ook blijkt spiritualiteit voor veel patiënten belangrijk te zijn bij het nemen van medische beslissingen en de gezondheidsuitkomsten tijdens de ziekte te beïnvloeden, bijvoorbeeld rond de kwaliteit van leven.
Persoonsgerichte zorg
“Deze studie is de meest rigoureuze en uitgebreide systematische analyse van de hedendaagse literatuur tot nu toe met betrekking tot gezondheid en spiritualiteit”, aldus Tracy Balboni, hoofdauteur, senior arts bij het Dana-Farber/Brigham and Women’s Cancer Center en hoogleraar bestralingsoncologie bij Harvard Medical School. Aandacht voor spiritualiteit betekent volgens de onderzoekers aandacht voor de gehele mens, niet alleen de ziekte. “Onze bevindingen tonen dat aandacht voor spiritualiteit bij ziekte en gezondheid een vitaal onderdeel moeten zijn voor de toekomst van persoonsgerichte zorg.” Balboni pleit daarom voor een nationale discussie en actie om spiritualiteit in de zorg in te bedden.
Volgens de onderzoekers kan een eenvoudige vraag over spiritualiteit al van waarde zijn voor de patiënt. De informatie die uit het gesprek komt, kan als leidraad dienen voor verdere medische besluitvorming en het al dan niet betrekken van een spirituele professional. De studie is op de website van YAMA gepubliceerd.