Nog steeds zijn niet alle vraagstukken opgelost. Er zijn nog geen pasklare oplossingen om uitkomstgerichte zorg ten volste te introduceren en er zijn nog geen klant-en-klare oplossingen voor problemen waar veel zorginstellingen tegenaan lopen.
Met name op het gebied van data-uitwisseling om de zorg te kunnen benchmarken op nationaal en internationaal niveau zijn er nog veel vraagstukken en ook hoe de cultuuromslag plaats moet vinden, maar de eerste succesvolle toepassingen dienen zich nu aan.
Koplopers
Van de 1200 deelnemers komen er 800 uit het buitenland verdeeld over 43 landen. Dat de ICHOM conferentie in Nederland is gehouden is geen toeval, Nederland is de koploper in value based Health Care op veel gebieden. Verscheidene zorginstellingen in Nederland zijn een voorbeeld en koploper op het gebied van het omarmen van VBHC.
Bijvoorbeeld de Santeon-ziekenhuizen die VBHC in de strategie hebben verweven. Ze hebben laten zien dat dit de zorg in hun ziekenhuizen heeft verbeterd. Maar ook het Erasmus MC heeft al voor 33 ziektebeelden een blauwdruk van uitkomstensets ontwikkeld en geïmplementeerd. Daarnaast heeft ook de overheid de doelstelling dat in 2022 50 procent van de ziektebeelden uitkomstgericht moet zijn en ook de eerste valuebased contracten met zorgverzekeraars zijn een feit. Ook is Nederland het land waar de VBHC Prize wordt uitgereikt.
Wereldwijde uitkomstmeting
De ICHOM-organisatie stelt in haar opening dat in de hedendaagse gezondheidszorg de patiënten-feedback nog grotendeels ontbreekt. Dit moet veranderen omdat dit de kwaliteit van de zorg uiteindelijk negatief zal beïnvloeden, maar ook omdat de zorg anders niet duurzaam zal zijn. Daarom moeten de uitkomsten die ertoe doen voor de patiënt moeten centraal komen te staan. Dat is de missie van ICHOM: het ontwikkelen van standaard uitkomstensets die de adoptie van wereldwijde uitkomstenmetingen en verslaglegging ervan zal bevorderen.
De komende jaren zal ICHOM bestaande en ook nieuwe uitkomstensets stroomlijnen, versimpelen en periodiek herzien en updaten. Daarnaast gaan zij zich richten op ‘flagship’-projecten voor belangrijke ziektebeelden en om daar met IT-oplossingen te komen om uitkomsten op te slaan, analyses te maken en te benchmarken.
Als laatste wil de organisatie zij een globale data infrastructuur ontwikkelen dat een globale benchmarking mogelijk maakt. Het door professor Porter geïntroduceerde Globe project is daar een voorbeeld van. Hierbij kunnen analyses mogelijk gemaakt worden middels het concept van ‘group level data’ die voldoet aan alle GDPR-richtlijnen, en bijvoorbeeld uitkomsten per risicogroep oplevert of bepaalde benchmarks. Bij gebleken succes zal de ICHOM dit verder uitrollen en richtlijnen geven hoe de data gegenereerd moet worden.
Delen van kennis
Nog belangrijker dan ambitie van ICHOM en de leidende rol van Nederland zijn de voorbeelden van projecten en het delen van kennis en best-practices datgeen waarom de deelnemers naar de ICHOM kwamen. Een voorbeeld hiervan was de uitkomsetset voor osteoporose die is ontwikkeld door het Leids Universitair Medisch Centrum (LUMC) in samenwerking met Amgen. De industrie levert hier een bijdrage aan beide kanten van de breuk en niet alleen aan de kostenkant van de breuk.
In de break-out sessies vertellen verschillende stakeholders uit de zorg over hun ervaringen en ambities met betrekking tot VBHC. Zo geeft Joris van Eijck van Menzis het voorbeeld van het waardegedreven COPD project dat loopt in de Achterhoek. Binnen dit project werken de stakeholders volgens het ‘Shared Savings’ model, waarbij behaalde kostenreducties gelijk verdeeld worden over de zorgaanbieder en Menzis.
Joris van Eijck en Ward Bijlsma benadrukken beiden het belang van het oplijnen van betrokkenen en het creëren van draagvlak bij de betrokken specialisten. Ook geven zij aan dat het werken volgens de VBHC principes een verandering is voor hun interne organisatie. Kartrekkers moeten intern draagvlak creëren. Zij spraken de ambitie uit om op termijn te gaan naar 50 procent ‘bundled payments’ in hun contracten met zorgaanbieders.
In een sessie over contractering op basis van uitkomsten werd een voorbeeld uit het Erasmus MC centraal gesteld. Dit ziekenhuis heeft contractueel vastgelegd met de leverancier van bedden dat zij vijftien jaar lang de bedden leveren. Daarbij is afgesproken dat de vooraf afgesproken uitkomsten verbeterd zullen worden, bijvoorbeeld het verlagen van het aantal val incidenten.
Integratie IT-systemen
In een sessie over het meten van uitkomsten en het spiegelen van informatie voor behandelaars kwam duidelijk naar voren dat er meerdere (IT) partijen in de zorg actief zijn die het mogelijk maken om gericht patiënt relevante uitkomsten en informatie te verzamelen en die middels een dashboard gestructureerd kunnen teruggeven aan de behandelaar.
Alle voorbeelden lieten zien dat het mogelijk is om gemeten kwaliteit van zorg (uitkomsten) te verbeteren, vaak met minder kosten. Integratie met de bestaande IT-systemen waar ziekenhuizen gebruik van maken blijft een probleem. Het lijkt er niet op dat op korte termijn één systeem kan komen dat alle benodigde processen integreert.
Waarde voor patiënt
Tijdens de breakout sessie Moving from outcomes to impact wordt duidelijk zichtbaar hoeveel (extra) patiëntwaarde te genereren is als de uitkomsten en kosten inzichtelijk zijn. Op dit moment is er een enorme verscheidenheid aan behandelopties, beslissingen omtrent de behandeling, kosten van de behandeling en uitkomsten daarvan. Er is dus een enorm potentieel om dit te verbeteren. In de sessie worden een aantal voorbeelden aangehaald van de University Hospital Basel van de Heart Foundation in Australië, Osakidetza uit Spanje, Santeon en specifiek het St. Antonius ziekenhuis.
Het is goed om te zien dat de nadruk ligt op het lerend vermogen van de medische teams om continue waarde voor de patiënt te verhogen en niet op het afrekenen van inferieure uitkomsten. Verbeteren en leren zijn het startpunt in plaats van een ranking. De Improvement Cycle en de scorekaarten van het Santeon zijn een goed voorbeeld, waar de teams altijd betrokken zijn bij het bespreken van de resultaten. Dat is inmiddels zo ingebed in de organisatie dat artsen zelf vragen naar hun resultaten.
Er wordt wel een voorbehoud gemaakt met betrekking tot de uitkomsten. Het is cruciaal dat we de juiste uitkomsten gaan meten die relevant zijn voor de patiënt, maar het wordt nog interessanter als we deze kunnen koppelen aan de proces- of kostindicatoren en een grote delta bereikt kan worden (causaliteit tussen proces en kosten met de relevante uitkomst voor de patiënt). Een mooi voorbeeld uit Spanje (Osakidetza) laat een volledige radar-chart zien waarin de uitkomsten en kosten van twee behandelmodaliteiten zijn geplot.
Conclusie
Wij hebben gemerkt dat er heel veel vraag is vanuit de deelnemers om concrete voorbeelden en manieren waarop problemen getackeld zijn (meer de diepte in). Veel van wat gepresenteerd is, is high-level. Concrete antwoorden op vragen zijn niet altijd geboden. Desalniettemin is een dergelijke conferentie er belangrijk om contacten te leggen, ervaringen uit te wisselen en te horen waar andere partijen in de zorg tegen aan lopen.